Genealogie Mandeville

Zie ook:
Genealogische aantekeningen

Familiebijbel

Attestatie van ondertrouw (Marriage licence allegation)  

Testament en probatum

Mandeville in de Nederlanden, van Zuid naar Noord

Transcripties van drie notariële akten in verband met het overlijden van Michael de Mandeville in 1699. Ze zijn gemaakt door René Willemsen. De originelen, medeondertekend door Bernard Mandeville, kunnen ingezien worden via de website van het Stadsarchief van Amsterdam.
Lees hier: transcriptie 1, transcriptie 2 en transcriptie 3.

Genealogisch


Geboorte

‘Anno 1670 den 15 November s morgens omtrent 3 uuren is gebooren onsen tweeden Soon en is gedoopt Bernardus.’  

Dit noteert zijn vader Michael de Mandeville vele jaren na 1670, namelijk in of na 1688, in de familiebijbel (in Nederlands privébezit) over de geboorte van Bernard Mandeville. 15 november 1670 was een zaterdag (Juliaanse kalender). Deze geboortedatum is op 12 juli 2007 voor het eerst gepubliceerd, in Trouw en op deze website.


Zijn doopnaam was echter niet Bernardus, maar Barent, naar zijn grootvader Barent Verhaer, die als doopgetuige aanwezig was. Dit blijkt uit de inschrijving in het doopregister van de Gereformeerde [= Hervormde] kerk in Rotterdam op donderdag 20 november 1670.


In de eerste kolom van het doopregister staat de naam van de dopeling: Barent. In de tweede kolom zijn de ouders vermeld: Michael de Mandeville en Judick (= Judith) Verhaer. In de derde kolom staan de doopgetuigen: Pieternella v(an) Rijmsdijck, grootmoeder van vaderszijde uit Nijmegen; Barent Verhaer, grootvader van moederskant uit Schoonhoven; DO: (= dominee) Paulus Lepenius (moet zijn Leupenius of Lupenius), zijnde oom Paulus Leupenius (of Leupen) uit Cuijk, die getrouwd is met Maria Verhaer, de oudste dochter van Barent Verhaer).


Het ouderlijk gezin Mandeville-Verhaar

Vader Michael de Mandeville is geboren en getogen in Nijmegen. Hij is praktiserend arts en ook stadsgeneesheer in Rotterdam. Bij Bernards geboorte is hij 31 jaar oud. Judith Verhaar, geboren en opgegroeid in Schoonhoven, is, op een maand na, 29 jaar. In het gezin Mandeville worden in totaal vijf kinderen geboren. Slechts twee van hen blijven in leven, Bernard en Petronella Clementia. Bernard is hun derde kind. Bernard is al bijna 14 jaar oud als op 12 augustus 1684 het vijfde kind Petronella Clementia wordt geboren. Zij wordt gedoopt op 15 augustus 1684 (getuigen: grootvader Barent Verhaar en grootmoeder Mensia Hamsarde, notaris Dirck Meesters en zijn vrouw Barbara Elsevier). 

Drie kinderen van het echtpaar Mandeville-Verhaar overlijden zeer jong. Hun eerste kind, een dochter, geboren op 3 juli 1668, leefde slechts een uur en werd begraven in de Groote Kerk in Rotterdam. Het tweede kind, een zoon, Emmanuel, geboren op 2 augustus 1669 en gedoopt op 4 augustus 1669 (getuigen: Barent Verhaar, Petronella van Riemsdijk en Maria Verhaar), leefde een week en werd begraven bij zijn zusje. Het vierde kind, een dochter, Petronella Maria, geboren op 7 december 1678 en gedoopt op 8 december 1678 (getuige: Maria de Mandeville), stierf na zes weken en werd begraven in de ‘Fransche’ kerk, d.w.z. de Sebastiaanskapel, in Rotterdam.

Bernard is 17 jaar oud en zijn zusje nog geen vier, als hun moeder Judith op 29 maart 1688, 45 jaar oud, in Rotterdam sterft. Zij wordt op 3 april 1688 begraven in de kelder van de ‘Fransche’ kerk.


In 1693 wordt vader Michael uit Rotterdam verbannen, een nawerking van het zogenaamde Costermanoproer van 1690. Daaraan had Bernard Mandeville zijn steentje bijgedragen in de vorm van een paskwil:


Vader Michael verhuist naar Amsterdam, met zoon Bernard en dochtertje Petronella. Vader Michael overlijdt op 24 november 1699 in Amsterdam. Bernard woont dan al zes jaar in Engeland. De kleine Petronella wordt mogelijk eerst verzorgd door haar tante Maria de Mandeville (1646-1703; begraven in Amsterdam). Maar als zij in 1709 met Jan van Laer uit Zwolle trouwt, woont zij in Arnhem bij haar tante Elizabeth de Mandeville (1648-1724). Deze tante verhuist met haar mee naar Zwolle. Wanneer Petronella in 1774 op 90-jarige leeftijd in Zwolle overlijdt, zijn er van haar zeven kinderen nog twee zoons in leven.


Opleiding

Bernard groeit op in een remonstrants gezin; de Mandevilles zijn geen calvinisten. Hij bezoekt de Erasmiaensche of Latijnsche school (zie afbeelding hieronder) in de Wijde Broedersteeg in Rotterdam. De leraren aan de Erasmiaanse school in de tijd dat Mandeville deze bezocht, zijn Rector: Isaac Gruterus, tot november 1680; Joannes Sylvius (Jan van den Bosch), vanaf januari 1681. Conrector: Joannes Sylvius; Jacobus Henricius vanaf 24 maart 1681. Praeceptoren (leraren): Jacobus Henricius tot 24 maart 1681; Wilhelmus Hovius; Wilhelmus Jansonius Ipolaen (Ypelaer); Jacobus Rijsoort, tot juli 1680; Reijnier Helt, 1680-1683; Petrus (Pieter) Rabus, vanaf 1681; Maternus Harwich, vanaf 1683.


Vanaf de Erasmiaanse school gaat hij rechtstreeks naar de Leidse universiteit. Hij volgde geen lessen aan de zgn. Illustere School te Rotterdam. Deze Illustere School, waaraan de namen van Jurieu en Bayle verbonden zijn, was een vage, kortdurende calvinistische onderneming, die uiterst weinig leerlingen trok en door remonstrantsgezinden werd gemeden.


Van 1685 tot 1691 studeert Bernard Mandeville aan de universiteit van Leiden om dokter te worden, wat niet wil zeggen dat hij die hele tijd ingeschreven was als student. De toenmalige academische opleiding is niet vergelijkbaar met de huidige opzet. Een groot deel van de studie was maatwerk, bestaande uit privaat onderwijs, bij hoogleraren en lectoren thuis, waarvoor zij betaald moesten worden. De publieke colleges waren gratis voor ingeschreven studenten. Mandeville moest zoals iedere student die rechten, medicijnen of theologie wilde studeren eerst de 'propedeusefase' van de voorbereidende en lager gewaardeerde faculteit Filosofie en Vrije Kunsten (Facultas Philosophiae et Artium Liberalium) doorlopen. Hij schrijft zich in op 17-09-1686. Mandeville sluit zijn propaedeuse ‘natuurlijke filosofie’ [= natuurkunde en biologie] in 1689 af met een disputatie over de verrichtingen van dieren. 


Daarna volgt de private studie bij de faculteit van de geneeskunde. Om te kunnen promoveren, schrijft hij zich op 19-03-1691 weer in. Op 30-03-1691 promoveert hij met een dissertatie over gebrekkige chijlwerking. Vermoedelijk werkt hij tijdens zijn medische studie en ook daarna in de praktijk van zijn vader in Rotterdam.


Nog in 1693 vertrekt Bernard naar Engeland, aanvankelijk om de taal te leren. Voor 17 november 1693 besluit hij zich daar als arts te vestigen. Hij specialiseert zich in wat toen hypochondrische en/of hysterische ziekten (paraplubegrip voor psychische stoornissen) werden genoemd.


Huwelijk

(N.B. data in Engeland volgens de Engelse Juliaanse kalender - Old Style.) 

Op 28 januari 1699 ondertekent Bernard Mandeville een attestatie van ondertrouw (marriage licence allegation) en op 1 februari 1699 trouwt hij met Elizabeth Joyce Lawrence (ook: Laurence), geboren op 29 november 1674 in de parochie St. Giles Cripplegate.  Haar ouders zijn John Lawrence en Ann (onbekend) in St. Giles Cripplegate. Als ze op 1 februari in de parochie St. Giles-in-the Fields trouwen, wonen ze officieel al in de parochie St. Martin-in-the-Fields.


Bernard Mandeville en zijn vrouw krijgen zes kinderen, van wie twee, Michael en Penelope, de volwassen leeftijd bereiken.

Al op 1 maart 1699 wordt  Michael geboren. Hij woont later, blijkbaar ongetrouwd, in Kennington, in de parochie Lambeth. Hij wordt, 70 jaar oud, op 13 augustus 1769 begraven op het kerkhof van St. Giles, Camberwell. Dochter Penelope, geboren op 24 augustus 1706 en gedoopt op 19 september 1706 in Bermondsey, trouwt op 14 april 1726 met John Bradnox, een wever, geboren op 2 november 1706. Penelope en John krijgen 6 kinderen: John (1727), Bernard (1728), Elizabeth (1734), de tweeling Penelope en Judith (1739), en Ann (1741). John Bradnox overlijdt in 1741, vlak voor de geboorte van Ann. Van de andere kinderen is dan alleen Elizabeth nog in leven. Penelope Bradnox-Mandeville sterft in 1748.


De overige vier kinderen van Bernard Mandeville en zijn vrouw Elizabeth sterven jong. Op 4 mei 1700 wordt, als ze wonen in de parochie St. Giles Cripplegate, hun zoontje John geboren,  gedoopt op 16 mei 1700 en begraven op 13 augustus 1702 in Camberwell. Hun dochtertje Petronella Clementia, vernoemd naar Mandevilles zuster, wordt geboren op 16 juli 1701 en gedoopt op 27 juli 1701 in St. Giles, Cripplegate, Londen. Zij wordt op 6 mei 1702 begraven in Camberwell.  Daar worden op 28 februari 1709 resp. 25 april 1709 nog twee dochtertjes begraven, Clementia, vernoemd naar Mandevilles grootmoeder van moederskant, en Elizabeth, gedoopt op 24 december 1708 in Bermondsey (parochie St Mary Magdalen), en mogelijk vernoemd naar Mandevilles echtgenote.


Mandeville woont al in 1706  met zijn gezin buiten de city van Londen, eerst aan de Long Walk in Bermondsey, en later in de parochie St. Mary, Lambeth, waarschijnlijk in Kennington. Daar woont hij in ieder geval nog in 1728/1729.


Overlijden

Mandevilles echtgenote Elizabeth Lawrence, vermoedelijk geboren op 29 november 1674 in de parochie St Giles Cripplegate, Londen, overlijdt in april 1732. Zij wordt op 25 april 1732 begraven op het kerkhof van St. Giles in Camberwell.


Bernard Mandeville overlijdt kort daarna, op zondagmorgen 21 januari 1733, in Hackney, waar hij mogelijk tijdelijk verbleef. Zijn begrafenis op het kerkhof van Camberwell, vlakbij Kennington, wordt op 25 januari 1733 genoteerd in het register van St. Giles in Camberwell. (N.B. Data Old Style!)


Zijn overlijdensbericht ( zie  pagina Home ) staat in Berington’s Evening Post van dinsdag 23 januari 1733.

 


Share by: